Ballonvaren is de eerste en de laatste twee uur van de daglichtperiode mogelijk. Overdag verwarmt de zon de aarde. Daardoor wordt de lucht boven het aardoppervlak verwarmd en ontstaan er bellen met opstijgende lucht (thermiek). Deze bellen met warme opstijgende lucht zorgen ervoor dat de vlieghoogte van de ballon niet meer veilig te controleren is door de piloot. In de ochtend en avond is de zon minder sterk en daardoor dooft de thermiek uit. Ideale omstandigheden voor een veilige ballonvaart.